Toegegeven, er schiet mij steeds frequenter iets in het verkeerde keelgat, en dat verwekt -sorry- onaangename geluiden. De leeftijd? Er vallen niettemin zowel op lijfelijk als op geestelijk vlak soms behoorlijk veel stekeligheden door te slikken: van glasscherpe stokbroodkorsten tot niets of niemand ontziende oordelen van quasi Jan & Alleman. Even stuitend als een gans die kunstmatig wordt gevoed.
Op sommige dagen begint dat al voor dag & dauw op de wekkerradio met ‘de krantencommentaren’, zeker als er weer eens iets gaande is in de Wetstraat. Ik ervaar ze vaak als regelrechte ‘stemmingmakerijen’ die me aan braakballen doen denken. En hoe ze vervolgens op onsmakelijke wijze uiteen worden gepeuterd, omdat wij er blijkbaar mordicus van op de hoogte moeten worden gebracht om ‘wiens overblijfselen’ het precies gaat. En vooral: waarom die domme prooi zich heeft laten pakken door de dus zoveel wijzere uilen-van-dienst & hun epigonen.
Zeker als het héle persoverzicht zich over diezélfde nog warme braakbal buigt: wie heeft de felste zaklamp of het beste vergrootglas op zak, wie weet het meest origineel of gevat uit de hoek te komen? Het lijkt soms wel een heuse wedstrijd slam-poézie, onder het meeslepende motto: je moet het maar kunnen?
Stront aan de knikker, zegt de pennelikker? Alleszins blijkbaar woorden genoeg ter beschikking om de stank ervan beschreven te krijgen, of de ruige roep te lanceren: “Stront, wie heeft je gescheten?” Eerlijk gezegd, ik hoef het niet te weten, dus weg ermee. Al krijg ik hem soms zo maar moeilijk doorgesjast.
Vooral het genadeloze ervan geeft mij een uiterst onaangenaam gevoel om de dag mee te beginnen. There is method in this madness? Ik hoor er het ergerlijke getik in van hijgende computers, een geluid dat mij zelfs voor de mooiste woorden sowieso al op de zenuwen werkt. Echter: zo weet ik tenminste ‘gefundeerd’ wat ik overal van moet denken? Ik ben Marie Huana, en dit waren mijn sowieso overbodige randcommentaren van donderdag 29 september.