Geachte De Vadder, Brink- & Beeckman,
Geachte blijf ik sowieso een gepaste aanspreking vinden, echter wat betreft de Afspraak van vrijdag 30 september laat ik voor deze keer de voornamen liever achterwege. Op politiek vlak voel ik mij eerder ongebonden, maar ik heb u tijdens die betreffende uitzending niettemin alle drie met stijgende ergernis aanhoord. Ik waande mij zowaar in een rechtszaal: daar zitten de rechters ook zo met z’n drieën naast elkaar, hoog boven de rooster der beklaagden.
Echter, deze keer leek het eerder een rooster te zijn van een heet geblakerde barbecue: hoe had u uw vlees graag gehad? Drie maal saignant, zoals bleek. En zo kreeg ik het dus ongevraagd eveneens op mijn bord: bloedend. Quasi rauw.
Vervolgens moest de hele CD&V, en vooral diens voorzitter, blijkbaar hoognodig onder de scanner, waarna de vermeende diagnose op uiterst gevoelloze wijze werd meegedeeld: “Ongeneeslijk, we dachten het al.” Meedogenloos unaniem.
Op zeker moment moest ik zelfs denken aan het Orakel van Delphi, waar de Pythia haar godsspraak pleegde te verkondigen op haar Drievoet. Doch hoe zangerig ook, het werd een onthoofdend betoog. Als een mes op de keel.
Beste hooggeachten, ik kan niet anders zeggen, dan dat mijn vrijdagavond zowat naar de knoppen was, en dat ik die ongenade van jullie tenenkrommend vond. Wat zeg ik: het leek wel alsof de Parketschavers van Caillebotte door mijn maag kropen. Toevallig ook met z’n drieën. De schilder echter had een veel effectievere aandacht voor de benadering van het onafwendbare ‘tegenlicht’.