“It’s time that we began to laugh about it all again,” zingt Leonard Cohen tot
in de zaterdagse Si & La column van Bernard Dewulf. En inderdaad, beiden
hebben volkomen gelijk: het is die tijd.
Tijd om eens een fikse wind onder die spreekwoordelijke vrouwenrokken te
jagen, en wat krijgt men vervolgens meteen te zien? Een bijna lachwekkende
angst voor decorumverlies en de nauwelijks nog onderdrukte kreet:
help, the wind is ‘grabbing me by the pussy‘!
Het lijkt daarenboven of de dame in kwestie tevens een muis ziet
ontsnappen van onder haar rokken: ze kijkt ze nog even na, zo lijkt het wel,
om daarna opgelucht vast te stellen: oef, ze is weg.
(en meteen tevens ook haar MeToo-zorgen?)
Vervolgens blijkt die hooghartige lach des vrouws -het hoofd in de nek en
de mond daartoe geopend- haar te ontsnappen als een pronkvogel uit een
gouden kooi, opengewaaid waarschijnlijk door diezelfde vrijpostige wind.
Een lach als de vlucht van een vogel die nog nauwelijks kan vliegen,
verwerkt tot de getoonzette lach van een opera-diva: ha-ha-ha! En wat
een verfrissend beeld, die zorgeloze ‘vrijuitgaande’ mannen om haar heen.
See-me-wimpers tot in China, touch-me-gefluister in alle mansoren:
die zwoele lonk-& pronkzucht, daar moést wel onweer van komen? Het blijft
maar weerlichten en tellen, hoeveel tijd er verloopt tussen bliksem & donder:
alleszins teveel, het mag ophouden.
Then lay your rose on the fire?