LENTE

Lente? Alles is naar de knoppen!’

Dat lijkt heden ten dage zowel in letterlijke als in figuurlijke zin wel enigszins te kloppen. Hoe je ’t ook draait of keert, er is moeilijk nog een speld tussen te krijgen, zonder niet pijnlijk te worden geprikt. Hoe grappig gevonden ook, de uitdrukking staat alleszins onder druk.

Maar ‘naar de knoppen gaan’ als eufemisme voor ‘naar de kloten’? Daar willen we met de lente toch liever niet naartoe, me dunkt. Evenmin als naar de haaien, naar de verdoemenis of naar de filistijnen, nee toch?

Toch doen we dat, oppert de nieuwe ‘Denker der Nederlanden’ David Van Reybrouck in De Morgen: ‘Of de Russen komen, moet nog blijken, maar hittegolven komen er zeker. Ik kampeerde voor de noordzijde van de Vignemale, de hoogste top in de Franse Pyreneeën. In de ijstijden was er een gletsjervallei, nu is er een groene kom. Het is een van de indrukwekkendste zichten.

Bij valavond brak daar een stuk van de oostelijke gletsjer… Man, dat geluid! Ongelooflijk. Ik hoorde het tandengeknars van de aarde, een diep aards gegrom dat best lang duurde. Al wat dan vertrouwd en solide is, wordt dan anders en bedreigend. De realiteit van de klimaatverandering sloeg me met zo’n rauwe kracht dat ik het nooit meer zal vergeten. Ik vind het echt belangrijk om gas terug te nemen. Als de wereld versnelt, moet het denken vertragen.

Vorig jaar was ik nog in Barcelona, waar ze toen al bijna duizend dagen geen ernstige neerslag hadden gehad. Een luxehotel had nog groen gras omdat ze met ecologische verf de dorre stoppels schilderden!

Maar daar is dan toch weer de lente, mag Nolia nog bloeien, mag alles naar haar knoppen gaan, in het dartel spel der woorden? Helaas, één en ander blijkt dan toch ook letterlijk naar de knoppen te gaan: ik vond alweer een uit het nest gevallen eitje, uit elkaar gespat op het tuinpad.

Hoe dan ook, weldra weer zomeruur. Al hangt er volgens Jeroen Brouwers in de Demian boekenwinkel van René Franken in Antwerpen een niet mis te verstaan advies van Marcel van Maele: ‘Wees voorzichtig bij het naar buiten gaan, en trek wat warme woorden aan.’

Maar kijk, het klusseizoen is inmiddels al begonnen, ook de huiselijke problemen moeten weer worden overwonnen! De grote moersleutel weet wat hem te doen staat: de steeksleuteljongen in z’n nest opvoeden tot passen & meten, hetgeen soms heel wat precisie vergt.

Moeren & steeksleutels doen wat de mensen zélf steeds minder goed lukt: voor verbinding zorgen. Overigens niets zo heerlijk als moeren vastdraaien met de juiste sleutel. Waren wij zelf ook maar op tijd en stond terug wat bij te schroeven op zulk een even vernuftige wijze.



VERZEGELD

Had ik u heden
te woord willen staan,
hoogwaardiger dan
ooit tevoren,

ik hou het beter
dichtbijer dan dat
steeds hoger geblaas
van de toren,

willen mijn woorden,
– verzegeld voor u –
een liefhebbend lot
zijn beschoren,

wars of in weerwil
van mijn al-dan-niet
gefluister in
dovemansoren.

Uw
woordhoudster

KOMIKER NEHMEN ABSCHIED?

Dit had een schot in de roos moeten zijn,
wie had dit, zo ja, willen missen?
Een schampende kogel, een oud karabijn,
zelfs God kan zich blijkbaar vergissen?

Voorbarig begraven, voorbarig verdriet,
ze zouden thans niet meer staan treuren.
Die Trump is er ene van lach-of-ik-schiet,
voor hen dus een hoogst inferieure.

Rolf Tiemann gaf hen deze roemrijke rol,
in humor’s gevestigde orde.
Dat gat in de grond, dat raakt sowieso vol,
wie durft hier niet vrolijk van worden?

BRIEVENBUSBLOEMEN

Altijd weer zo wonderlijk,
wat mensen weten te verzinnen: nooit eerder van gehoord,
maar plots kreeg ik zowaar een ‘bloemenbrief’
van mijn hart- en zielebehoedster Cecilia.

Een platte doos van nauwelijks een paar centimeter hoog,
waarin tussen doorzichtige lakentjes van celofaan een aantal
doornroosjes steelsgewijs lagen te slapen tussen
hun eigen groen, zo freel, zo aandoenlijk, zo verrukkelijk.

Hun roze ietwat verfrommelde kopjes deden heel even
denken aan pasgeboren baby’s. Ik werd dan ook op slag
één en al bekommernis om hun welzijn:
een vaas vol levensreddend moederwater.

En het wonder geschiedde in een mum van tijd:
eenmaal tot ruiker getransformeerd, zag ik ze letterlijk
minuut na minuut tot leven komen & tot volle bloei,
mede wakker gekust door mijn dankbare verwondering.

‘Love is a rose’ zingt Linda Ronstadt,
‘I want to see what’s never been seen..’
Maar de woorden klinken mooier dan het gezongen lied,
brievenbusrozen bezingen zichzelf.

BUITEN UUR & TIJD

Ik mis een god in ’t diepst van mijn gedachten: een nog levende Vic Nees, arend versus pimpelmees? Vanmorgen hoorde ik in de tuin een pas ontwaakte hommelkoningin onophoudelijk zoemen: ‘Zing Nees…zing Nees…’ en dat heb ik dan ook gedaan, de hele dag lang.

Hij zou weer verjaren vandaag, altijd precies een week later dan ikzelf, dus immer op een zelfde dag van de week, gekoppeld door een luchtbrug van verbondenheid. Maar er was zoveel meer: ik mocht naar hem opkijken, zonder dat ik daarvoor mijn hoofd achterover hoefde te gooien. Waarvan akte bij zijn laatste gezonde verjaardag, anno 2012.

Ik heb hem immer, nou & of,
de hemel ingeprezen.
Daartoe -Moj Boze & Godlof!-
te vaak geknield in eigen stof,
maar ‘t was terecht, in dezen.

Een pissebed onder zijn steen,
-hoor de bazuinen schallen!-
maar zie, ik krimp niet meer ineen,
als helder hij als halogeen,
zijn licht op mij laat vallen.

Wordt hij tot al wat blijven zal,
tot staat van brons gegoten,
-de zware sokkel was er al,
alsook de zware regenval-
hij staat er, onomstoten.

Inmiddels ben ik, anno nu,
een nuttig jaartal ouder,
laaf ik mij aan zijn cire perdue,
ben ik die dikke déjà vu
duif op zijn bronzen schouder.

Dinska Bronska, 8 maart 2012.
-Ik schrijf zo moeilijk die brief!-

Toen hij stierf noteerde ik:‘Geen tak die mij nu nog in het gezicht kan slaan, op weg naar mijn eigen einde.’ En hoewel dat een voortvarende gedachte bleek, sindsdien schrik ik er alleszins steeds minder van. Inmiddels hou ik zélfs van zijn dood, niets haalt hem uit mijn leven.

QUIET SONG

Plots een lied dat ik herkende,
als het mooiste ooit gehoord.
Ooit een lied als een legende,
thans tot weemoed aangespoord?

Terugkeer naar voorbije dagen,
korte strofen, lang refrein.
Zinloos mij nog af te vragen,
wie zou deze zanger zijn?

Oud zeer dempt de hartenkreten,
wie ben ik & wie ben jij.
Zogeheten, goed om weten,
sowieso ten naaste bij?